Sportende kind

Sportende Kind

Fysiotherapie bij (top)sportende kinderen

Verreweg de meeste kinderen die regelmatig sporten hebben nooit ergens last van. En als je kind toch geblesseerd raakt, proberen we het zo actief mogelijk te laten herstellen, want een kind hoeft niet langs de kant te staan. Die kan, ook met een blessure, vaak heel veel wél.

De Beweegrichtlijn 2017 van de gezondheidsraad, geeft aan dat voor kinderen van vier tot achttien jaar bewegen goed is en meer bewegen beter (Gezondheidsraad 2017). Er wordt bij kinderen aangeraden om minstens drie keer per week spier- en botversterkende activiteiten te doen. Deze norm wordt door veel kinderen gehaald door te sporten. Op zich is sporten gezond voor kinderen, alleen leidt dit helaas ook tot sportblessures of sportgerelateerde klachten bij opgroeiende kinderen. Zo was in 2016 85% van alle mannen die de Spoedeisende Hulp (SEH) bezocht met een sportblessure vanwege voetbal een jongen onder de 17 jaar. Bij de meisjes was 56% van de vrouwen onder 17 jaar (Sportblessures 2016 VeiligheidNL). Het gaat uiteindelijk om ongeveer 3000 kinderen die opgenomen werden op de spoedeisende hulp (SEH) vanwege een sportblessure. Daarnaast zijn er natuurlijk nog de kinderen die wel een sportblessure hebben, maar niet naar de SEH hoeven, hun klachten gaan vanzelf over of zij worden door huisarts, sport- of kinderfysiotherapeut gezien.

Voor de kinderfysiotherapeut zijn sportblessures een bekend fenomeen. Overbelastingsklachten bij kinderen die meerdere dagen per week 3 uur trainen, verzwikte enkels na een buitenwedstrijd of knieklachten bij een actief sportend pubermeisje. Deze kinderen worden zowel door de sport- als door de kinderfysiotherapeut gezien. Beide disciplines werken vanuit hun eigen kader. 

Heeft uw kind sportklachten
Neem hiervoor contact op met mij via www.nienkefysiotherapie.nl/contact 
of bel 06-82013675 
of mail: info@nienkefysiotherapie.nl

Veel voorkomende blessures bij kinderen

Aanhechtingen van de pezen aan de groeischijven zijn veel voorkomende sportblessures bij kinderen. 
Wat kun je er aan doen en zijn ze te voorkomen?

De blessures treden op ter hoogte van de aanhechting van de pezen aan de groeischijven. Tijdens de groei zijn dit kwetsbare punten in het lichaam van een kind.

Deze groeischijven zitten bijvoorbeeld in de knieën, bij de hiel, in de elleboog en in de schouder. Tijdens intensief sporten worden de spieren van je kind zwaar belast. Daarbij wordt aan de pezen getrokken, die weer vast zitten aan het bot. Omdat bij kinderen deze groeischijven de zwakste schakel zijn, treden daar problemen op. Ze kunnen de krachten niet op die de pezen uitoefenen en daardoor ontstaan irritaties en blessures. Een veel voorkomende aandoening in deze groep blessures is Osgood Schlatter. Daarbij ontstaat een bobbel onder de knie, op de plaats waar de kniepees aan het scheenbeen vast zit.

Verschillen per sport
Kinderen in de groei, zijn gevoelig voor blessures. Jongens lijken kwetsbaarder dan meisjes omdat ze in de groei meer kracht ontwikkelen en omdat de lichamelijke veranderingen bij jongens in de puberteit groter zijn dan bij meisjes. Blessures verschillen per sport. Bij sporten waar je veel moet rennen, draaien en springen, zoals voetbal of basketbal, hebben de knieën het extra zwaar. De ellebogen en schouders zijn kwetsbaar bij turnen, en bij bovenhandse sporten als zwemmen, volleybal en tennis.

Wat kun je er aan doen?
Blessures aan de groeischijven waar pezen aanhechten, gaan bijna altijd vanzelf over. Als je kind is uitgegroeid, verdwijnen de klachten.

Vroeger schreven artsen rust voor, maar voor een kind dat graag sport is dat geen leuke oplossing. En het hoeft ook niet altijd. Tegenwoordig kijken we meer of we de belastbaarheid van het kind kunnen vergroten. We beginnen wel met de belasting terug te brengen door het trainingsschema aan te passen met minder trainingen en minder zware oefeningen. Vervolgens gaan we aan de belastbaarheid werken. Als de spieren verkort zijn, kan rekken van de spieren een positief effect geven. Ik kijk ook naar de houding van het kind, de stand van de voeten en knieën. Als die bijvoorbeeld naar binnen zijn gedraaid of scheef staan, kun je met oefeningen of met steunzolen een deel van de klachten wegnemen.

Het verbeteren van de kracht en stabiliteit kan ook een rol spelen bij het verhelpen van de blessure: het sterker maken van bovenbeen, rug- en buikspieren.

Voorkomen
Blessures ontstaan door overbelasting: door eenzijdig trainen en te veel en te zwaar een bepaalde beweging te herhalen. Kinderen die eindeloos ballen moeten gooien, wat bij honk- of softbal kan voorkomen, lopen risico op een schouder- of elleboogblessure.

Wanneer moet je kind naar een kinderfysiotherpeut?
Als je kind vaak klaagt over pijn of eenzelfde klacht komt regelmatig terug, is het tijd om actie te ondernemen. Dan heb ik het niet over buik- of hoofdpijn. Als je kind het niet leuk vindt, of geen zin heeft om te sporten zal hij eerder met dat soort klachten komen. Een afspraak bij de kinderfysiotherapeut is dan een goede optie. Je kunt daar direct een afspraak mee maken. Een verwijzing door de huisarts is niet nodig.

Verreweg de meeste kinderen die regelmatig sporten hebben nooit ergens last van. En als je kind toch geblesseerd raakt, proberen we het zo actief mogelijk te laten herstellen, want een kind hoeft niet langs de kant te staan. Die kan, ook met een blessure, vaak heel veel wél.


Werkwijze

Het proces begint met een aanmelding van uw kind met of zonder verwijzing van een arts. Hierna volgt een uitgebreide intake, d.m.v. een vraaggesprek, lichamelijk onderzoek en eventueel het invullen van vragenlijsten. Vervolgens wordt samen met u en uw kind een behandelplan opgesteld, waarin het einddoel wordt beschreven.

De behandelingen vinden plaats in een behandelruimte, bij u thuis of een trainingsveld, afhankelijk van de aard en het moment in de revalidatie. Naast de behandelingen in de praktijk, krijgt u vaak ook een trainingsschema of leefregels mee voor thuis.

Tenslotte wordt de revalidatie beëindigd, is er een eindevaluatie en volgt er vaak een eindrapportage aan de huisarts of verwijzend arts.

Overige fysiotherapie

Share by: